dinsdag 14 september 2010

“De menselijke familie"

101 manieren om naar jezelf te kijken” – deel 1 De menselijke familie

Een paar weken geleden greep ik in de bibliotheek bovenstaand boek uit de kast. Het leek mij leuk en verfrissend om zelf weer wat te onderzoeken. Als loopbaanadviseur ben ik altijd benieuwd naar methoden die ik ook in de coachpraktijk kan toepassen.

Dus heel enthousiast begin ik te lezen bij opdracht 1. De menselijke familie. Het is de bedoeling om aan de hand van het ‘traditionele systeem van rassentypologie’ jezelf een plaats te geven. Na lang staren naar de 4 rassen die worden beschreven, concludeer ik dat ikzelf nergens helemaal bij pas. Het blanke ras leek mij duidelijk niet te passen, hoewel er europees, indiaas achter de beschrijving staat. Het zwarte ras wordt omschreven als lange, slanke en gespierde donkere mensen, ook daar val ik niet onder. Het oceanische ras? Daaronder vallen een aantal eilandbewoners en de Aboriginals in Australië, nee dat kan het ook niet zijn. Dan het laatste ras: het mongoloïde ras, waaronder bijvoorbeeld chinezen en japanners vallen. Ook dat niet… Het lijkt mij dus logisch dat ik een mengeling ben van verschillende rassen, ik besluit wikipedia erop na te slaan. Hier vind ik wel wat interessante informatie over het ontstaan van de mens. Er zijn 2 theorieën te vinden: de enkele oorsprong hypothese en het multi-regionale model. Dit gaat vooral over de oorsprong van de mens en de verdere verspreiding van het menselijk ras. Voor nu vind ik het interessanter om een indeling van de ‘bestaande menselijke soorten’ te vinden. Binnen wikipedia kom in niet verder. Als ik op ‘menselijke rassen’ zoek binnen google, kom ik op een ‘a World of differences’ uit waar meer te vinden is. Hier staat: “Sinds het begin van onderzoek naar deze onderverdeling, hebben de geleerden mensen op verschillende manieren ingedeeld in rassen. Het aantal verschillende rassen varieerde per gebruikt systeem van indeling. Deze ontwikkeling van verschillende systemen om rassen in te delen is beïnvloed door 3 belangrijke theoriën: (1) de drie-rassen theorie, (2) de evolutietheorie en (3) de geografische-ras theorie.”

De drie-rassen theorie beschrijft het Europese/ "blanke" ras (kaukasische), het Afrikaanse/ "zwarte" ras (negroïde) en het Aziatische/ "gele" ras (mongoloïde). Duidelijk wordt tijdens het lezen dat dit een achterhaalde theorie betreft.

De evolutietheorie gaat kort gezegd over het feit dat organismen zich ontwikkelen en aanpassen aan de leefomgeving. Zo ontdekten wetenschappers dat ver uit elkaar levende groepen dezelfde kenmerken ontwikkelden als aanpassing op een eenzelfde omgeving, zelfs als ze geen gemeenschappelijke voorouders hadden. “Antropologen startten met het zoeken naar neutrale kenmerken. Kenmerken die zouden blijven bestaan als de populatie zou vertrekken naar een andere omgeving. Zij zagen het begrip ras als een vaststaand en onveranderlijk feit en wilden daarom ook kenmerken ontdekken die eveneens onveranderlijk waren. Antropologen vergeleken veel kenmerken en fysiologische processen van mensen, die leefden in verschillende omgevingen. Kenmerken als bloedgroep,ademhaling, circulatie en metabolisme van de mens.” Zelf ben ik altijd erg gebiologeerd geweest over mijn ‘anders zijn’ ten opzichte van de nederlanders met wie ik ben opgegroeid. Toen ik nog heel jong was stelde ik mijzelf regelmatig vragen als ‘Zou ik nu langer zijn dan dat ik was geweest als ik nog in Bangladesh had gewoond?’, ‘Als vrouwen in Bangladesh op hun 35e al in de overgang zijn, geldt dat dan ook voor mij?’, ‘Welke genetische eigenschappen zijn bepaald door mijn ‘roots’?’ en ‘Welke fysieke processen die zich voltrekken in mijn lichaam zijn anders dan blanken?’. En zo zijn er nog talloze vragen die mij bezighielden. Vragen die gaan over de verschillen tussen het aziatische ras en het blanke ras, maar ook vragen die gaan over hoe het opgroeien in een westers land van invloed is op fysieke en psychische kenmerken van niet-westerse mensen. En in hoeverre is de lengte van je verblijf (ten opzichte van bijvoorbeeld je leeftijd) hierop van invloed? Ik vraag mij ook regelmatig af of andere voeding voor mij beter zou zijn, alleen al het feit dat ik supersnel dronken wordt onderschrijft dat. Ook mijn melkintolerantie wordt regelmatig beschreven.

In de geografische-ras theorie worden populaties mensen onderscheiden in grote categoriën, de geografische rassen. Deze rassen zijn groepen populaties die overeenkomende kenmerken vertonen. Beschreven wordt een populair classificatie systeem met negen geografische rassen: (1) Afrikaans, (2) Amerikaans Indiaans, (3) Aziatisch, (4) Australisch, (5) Europees, (6) Indisch, (7) Melanees, (8) Micronees en (9) Polynesisch. De uitleg: “Geografische rassen zouden bestaan als gevolg van isolatie veroorzaakt door natuurlijke barrieres zoals oceanen, bergen en woestijnen. Het idee was dat deze barrieres de groepen mensen scheidden voor duizenden jaren, waardoor de populaties evolueerden in verschillende richtingen. India, bijvoorbeeld, ligt geïsoleerd van de rest van Azië door het Himalayagebergte. Volgens de geografische rassen theorie, kreeg Het Indische geografische ras zo de kans om zich gescheiden van het Aziatische ras te ontwikkelen.” Het is duidelijk dat mensen tegenwoordig de hele wereld kunnen bereizen en de scheiding is dus niet zo zwart-wit als de kaart suggereert…

Dit is voor mij leuk om te lezen en verschaft meer duidelijkheid.

Ook interessant zijn de verschillende kenmerken die het onderscheid tussen ‘rassen’ verduidelijken. Het zichtbaarste kenmerk zit in het huidpigment. Er zijn veel verschillen in huidskleur. Ook de vorm van de schedel, grootte en vorm van de lippen, ogen, neus en haar kunnen typerend zijn voor een bepaald ‘ras’. Ik wilde als kind graag zo’n prachtige bos met lang, gekruld en voorla rood haar, wel met een blanke huid natuurlijk.

Maar even weer terug naar de opdracht. De bedoeling was om na te gaan hoe migraties mogelijkerwijs mijn eigen zelfgevoel hebben gevormd, en dan vooral als ik ben opgegroeid binnen een minderheidsgroep. En of ik als klein donker meisje in het oerhollandse dorp Noordwijk opgroeide met het gevoel ‘anders’ te zijn. Ik moet er wel bij vertellen dat ik het zelden als negatief heb ervaren, dat beperkt zich tot enkele situaties. Bijvoorbeeld toen Arianne, een meisje van ballet, mij er regelmatig aan herinnerde dat mijn moeder niet mijn echte moeder kon zijn, want ik was immers bruin en zij blank. Of de talloze keren dat blikken altijd wat langer op ons gericht waren als wij met ons gezin op pad waren. Als kind was ik geloof ik best tevreden met de situatie. Pas toen ik Noordwijk verruilde voor het multi-culti Rotterdam werd ik mij ervan bewust dat ik niet als Nederlandse gezien werd.

Dat het invloed heeft gehad op mijn zelfbeeld is duidelijk.

Deze opdracht sluit af met een toets van 24 vragen die zijn bedoeld om te testen in hoeverre je tevreden bent met jezelf zoals je bent of dat je wat betreft je eigenwaarde enige twijfels hebt. Misschien ook leuk om te testen?

“Hoeveel denk jij dat je afstamming van een bepaald ras heeft bijgedragen tot je mentale, spirituele en psychologische kijk op de wereld? Zou je willen zeggen dat je raciale afkomst:

1. Je in staat heeft gesteld om gemakkelijk in je sociale groep te passen?
2. Je heeft vervreemd van je leeftijdsgenoten?
3. Je sociaal voordeel heeft gegeven?
4. Je sociaal nadeel heeft gegeven?
5. Je een gevoel van trots heeft gegeven om bij een bepaald ras te horen?
6. Je een gevoel van schaamte heeft gegeven om bij een bepaald ras te horen?
7. Je heeft geholpen je naar buiten toe open te gedragen?
8. Je heeft gedwongen jezelf te onderzoeken?
9. Je in staat heeft gesteld om in een bepaalde situatie uit te blinken?
10. Je in staat heeft gesteld om bij gelegenheid uit te blinken?
11. Je in staat heeft gesteld om gemakkelijk in de samenleving op te gaan?
12. Je bewust heeft gemaakt dat je van de geldende norm afweek?
13. Je een gevoel van blijdschap, dankbaarheid en erkenning heeft geschonken?
14. Je een gevoel van diep ongelukkig, waardeloos en afgewezen te zijn heeft gegeven?
15. Je in staat heeft gesteld om overal waar je gaat aansluiting te vinden?
16. Je heeft gedwongen je aan te sluiten bij gelijkgestemde uitgeslotenen?
17. Je een gevoel van superioriteit heeft gegeven in een ander land?
18. Je een gevoel van minderwaardigheid heeft gegeven in een ander land?
19. Je een gevoel heeft gegeven van aantrekkingskracht te hebben op andere rassen?
20. Je een gevoel heeft gegeven onaantrekkelijk te zijn voor andere rassen?
21. Weinig invloed hebt op hoe je bent?
22. Allesbepalend is voor hoe je bent?
23. Zorgt voor blijdschap te zijn zoals je bent?
24. Zorgt voor het verlangen dat je van een ander ras zou willen zijn?”

Als je op 9 of meer oneven genummerde vragen ‘ja’ antwoordt, heb je zelfvertrouwen en vormt je raciale afkomst geen belemmering.

Als je op 9 of meer even genummerde vragen ‘ja’ antwoordt, voel je je blijkbaar niet geaccepteerd, zelfs niet binnen je eigen sociale omgeving.

Zelf vind ik het vooral interessant om alle vragen verder te beantwoorden, door er open vragen van te maken. Door ‘hoe’ of ‘waardoor’ achter iedere vraag te zetten kun je onderzoeken in hoeverre een stelling op je van toepassing is. Je kunt voorbeelden of situaties omschrijven, zodat je meer inzicht krijgt in jezelf.

Veel plezier!

Irani


Bronvermelding: Het boek ‘Wie ben je? 101 manieren om naar jezelf te kijken’ van Malcolm Godwin. Wikipedia en de website http://mediatheek.thinkquest.nl

Labels: , , , , , , ,